Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



O.F. Walton

Aangenomen of verlaten , druk 2, 56 blz.
Een onderhoudend geschreven boekje, dat de jeugd boeien en waarvan de inhoud dikwijls tot het geweten spreken zal. En toch bevredigt het ons niet. 't Is op end' op methodistisch, stelt als idealen levenstoestand het verwachten van Jezus' wederkomst dermate op den voorgrond, dat een oningewijde tot de conclusie zou komen, dat hierin het gansche Christendom bestaat. Die wederkomst blijft zelfs een schrikbeeld voor den held van het verhaal, nadat hij vrede met God heeft gevonden (bladz. 44 en 45). 0.i. wordt door dit werkje de schijn gewekt, of het stuk van Christus' komst ten oordeel de eenige waarheid in Gods Woord, en de vrees voor het eindoordeel de eenige drangreden tot bekeering is. Het kerkgaan van de jeugd heeft de sympathie der schrijfster niet, blijkens pag. 5 enz. Zij stelt dan ook de kinderkerk er voor in de plaats. Dit keuren wij van ons standpunt beslist af. Ook wekt zij den schijn (pag. 18 b.v.) dat alleen de dadelijke zonden ons doemwaardig maken en moeten vergeven worden, terwijl die dadelijke zonden zich dan nog tot buitengewone overtredingen bepalen. Beter ware het ons geweest, wanneer zij op de zondige natuur had gewezen, waardoor de mensch onbekwaam is tot eenig goed als uit zichzelven en geneigd tot alle kwaad, en alzoo de noodzakelijkheid der wedergeboorte ware uitgekomen. Woorden als : "triumfantelijk", "skeletje", "copie", "nonsens" maken het den kinderen, waarvoor het boekje bestemd is, niet gemakkelijker het te begrijpen. Om het vele goede in dit boekje, 't welk zeer net is uitgevoerd en lieve plaatjes heeft, willen wij het niet bepaald afkeuren, maar de genoemde gebreken verhinderen ons toch, het met warmte aan te bevelen.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1902

Open Jachin-boekbeoordelingen.


O.F. Walton

Aangenomen of verlaten , druk 3, 78 blz.
Een heele geschiedenis met allerlei wederwaardigheden te midden van een typisch-Engelsch milieu. Een echtpaar heeft 10 zonen en een dochter, Salome. De derde der jongens, Petrus, wordt sprekend ingevoerd en verhaalt ons zijn levensgeschiedenis tot op den tijd, dat hij zelf man en vader is. Aan zijn zusje was hij zeer gehecht. In haar Bijbeltje slaat zij op Matth. 24:40. Ook hooren zij over dien tekst een "kinderpreek". De titel van het boekje is aan dit Schriftwoord ontleend. Het wegnemen van een gulden brengt Petrus in grooten angst. Hij vreest, dat hij zal verlaten worden, als Jezus komt. Hij komt bij een rijke mevrouw en leert daar deze drie leefregels: Doe niets, wat gij niet gaarne zoudt doen, als Jezus komt. Ga naar geen plaats, waar gij niet gaarne zoudt gevonden worden, als Jezus komt. Zeg niets, dat gij niet gaarne zoudt zeggen, als Jezus komt. Vier broers worden door een ziekte weggerukt, zijn zusje herstelt. Deze zware beproeving is voor de ouders het middel, om ze tot Jezus te leiden. Twintig jaar later zijn al de overgebleven kinderen in een gevestigde positie. De vader mag dit beleven, de moeder is reeds veel vroeger overleden. Ofschoon taal en stijl over het geheel wel verzorgd zijn, is er ten dezen in dit verhaal toch merkwaardig veel stijging en daling. Sommige gedeelten zijn zeer goed, andere (pag. 48 en 49) dalen beneden het middelmatige. Al is het een boeiend verhaal, waarvan de inhoud dikwijls tot het geweten spreekt, evenwel bevredigt het ons niet. Daartoe is het te methodistisch van kleur. Het verwachten van Christus' wederkomst wordt zóó op den voorgrond gesteld, alsof hierin het gansche Christendom bestond. Het valt niet te ontkennen, dat door vele Christenen met dit stuk der waarheid te weinig wordt gerekend, maar jonge kinderen daarover bijna uitsluitend te laten spreken, is onnatuurlijk. Met het denkbeeld "kinderkerk" of "kinderpreek" kunnen wij ons niet vereenigen. Daartegenover strekt weer tot aanbeveling de uitwerking van het motief, hoe treurig het is, geen vrije consciëntie te hebben en een onbeleden schuld te verbergen. Ook wordt tegen den omgang met verkeerde makkers gewaarschuwd. Duidelijker had de Schrijfster behooren te wijzen op 's menschen zondige natuur, waardoor wij onbekwaam zijn tot eenig goed. Dan ware de noodzakelijkheid der wedergeboorte uitgekomen. Al heeft het zeker zijn schaduwzijde, dat in dit verhaal enkele regels aangaande Jezus' wederkomst schering en inslag zijn, zóó zelfs dat het Evangelie der verzoening bedenkelijk veel blijft liggen; en al bevredigt 't niet geheel, dat meer de vrees voor de toekomst dan de liefde tot God, die onze zonden in Christus Jezus vergeeft, in deze geschiedenis wordt gepredikt; en al ligt het Methodistisch "doen" en nog eens "doen" er nog al dik op; zoo is toch de strekking van dit boekske op meer dan één punt zóó goed, dat wij het ondanks de gemaakte opmerkingen wel, doch slechts onder reserve, kunnen aanbevelen.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1916

Open Jachin-boekbeoordelingen.