Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



Heleen

Jet Reinhart, druk 2, 94 blz.
G. K. C. 0. 14 t. d. t. 80 cent. Jet Reinhart, een wees, wordt opgevoed bij een strenge tante, die ergens op een dorp woont, met een oude meid, Geeske, Tante houdt het kind heel strak, in genoegens en kleeding. Niemand kijkt naar haar om. Geeske is nog haar beste vriendin. Als Jet haar eens heur nood klaagt, wordt dat gehoord door een van de dochtertjes van den Stationschef, wiens gezin zich nu met Jet gaat bemoeien. Als 't feest in 't dorp is, mag Jet niet meedoen van tante, maar ze geniet toch, doordat ze voor de kinderen van den chef een sportkar en een fiets versiert. Jet heeft veel aanleg voor teekenen, maar ze mag zich niet oefenen, zelfs niet als de meester van het dorp zich er voor spannen wil. Al haar leed draagt Jet echter gelaten, steeds baar nood klagend aan God. In de vacantie mag ze met het gezin van den chef een dag mee naar Artis. 's Avonds, op de terugreis, regent ze doornat. Ze wordt zwaar ziek en in haar ijlen spreekt ze al haar opgekropt leed uit. Dat treft Tante, die zich nu betert na schuldbelijdenis. Een andere Tante, die teekenen kan, wordt uitgenoodigd. Jet krijgt les en is heel gelukkig. Als ze haar blijdschap den onderwijzer vertellen gaat, zegt deze: Ik feliciteer je kind. Ik ben er heel blij om. Nu zie je alweer, wie op den hoogen God vertrouwt, heeft zeker op geen zand gebouwd. In deze laatste woorden ligt de strekking van het verhaal. En die strekking valt te loven, vooral ook, omdat ze niet bereikt wordt met overdreven en onnatuurlijke vroomheid. Dat Jet bij een boschje neerknielt om haar nood aan God te klagen, is b.v. een goed, kinderlijk geteekend moment. Ook is goed Jets eenvoudige belijdenis, dat ze niet bang is om te sterven. Overigens is het religieus element maar zwak. Er is levendigheid genoeg in het boekje, door allerlei verhoudingen, die kinderen interesseeren. 't Eenige bezwaar dat we hebben is, dat de casus-positie te afgesleten is: een oude knorrige tante - een kort-gehouden kind, dat echter alles verdraagt - een gezellig gezin als tegenstelling - ziekte - berouw, enz., 't zijn naar vast model geknipte legkaart-stukjes, die ge eenvoudig maar in elkaar passen moet, en ge hebt een verhaal. Te meer jammer is dit, omdat de Schrijfster wel tot iets in staat is en de kinder-psychologie verstaat. Bij wat origineeler samenstelling zou dit boekje voortreffelijk zijn geweest. Thans is het ongetwijfeld goed, en verdient het zeker aanbeveling, maar 't is teveel atelierwerk. De titel zegt eigenlijk al te veel. De oude meid lijkt ons een van de beste figuren. Ook in de nevenfiguren van dit boekje zit trouwons veel kracht, bewijs o.i. dat de Schrijfster wel componeeren kan. Aanbevolen.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1927

Heleen

Jet Reinhart, druk 3, 91 blz.
jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van ± 10 jaar; algemeene strekking.
Korte inhoud: Jet Reinhart is een wees, die na den dood harer ouders door een tante wordt verzorgd. Deze tante behandelt haar allesbehalve liefderijk; het kind heeft bij haar een slecht leven. Van de dienstbode, Geeske genaamd, ondervindt Jet meer aanhankelijkheid. Als Jet later op school gaat, komt zij daar in aanraking met de kinderen van den stationschef van Leeuwen, Bep en Hans worden vriendinnen. In het gezin van Van Leeuwen is het gezellig en Jet wordt daar steeds prettig en vriendelijk ontvangen. De menschen, wetende dat Jet van tante Ko weinig liefde ontvangt, trachten haar dat gemis te vergoeden. Eens mocht Jet met de familie Van Leeuwen mee naar Artis; doch dat reisje had een ongelukkig slot. Door een onweersbui verloopen zij den trein en komen zij heel wat later thuis. Jet wordt daarna ziek, krijgt longontsteking. De dokter vreest voor haar leven. In haar ijlen heeft ze het steeds over tante Ko en nu blijkt aan deze, hoe zeer het kind op haar liefde gesteld was, die zij echter nooit kreeg. Tante Ko ziet haar droevige houding in en neemt zich plechtig voor, anders te gaan handelen. Jet herstelt. Haar tante Alida komt bij tante Ko inwonen; Geeske, die in een toornige bui van tante Ko haar congé had gekregen, mag blijven en nu hebben allen verder een gelukkig leven. Jet niet het minst, die teekenles gaat nemen, 't geen tante Ko haar eerst had geweigerd. Algemeene op- of aanmerkingen; De strekking van dit boekje is wel aardig. Voor kinderen van tien jaar is het onderhoudend geschreven; doch helaas domineert weer een ethische Schriftbeschouwing. Zie b.v. blz. 22, waar maar weer zoo terloops wordt neergeschreven, dat Jet hunkert naar liefde en dat haar heele hartje uitgaat naar God. Ook wordt het woord Heer in plaats van Heere gebruikt.
Conclusie: matig aanbevolen.
Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1937

Open Boekbeoordeling.
Heleen

Jet Reinhart, druk 3, 91 blz.
G.K.C.O. (Cartonnen band). 15 t.d.t. Jet Reinhart, een wees, wordt opgevoed bij een strenge tante, die ergens op een dorp woont, met een oude meid, Geeske. Tante houdt het kind heel strak, in genoegens en kleeding. Niemand kijkt naar haar om. Geeske is nog haar beste vriendin. Als Jet haar eens heur nood klaagt, wordt dat gehoord door een van de dochtertjes van den Stationschef, welk gezin zich nu met Jet gaat bemoeien. Als 't feest in 't dorp is, mag Jet niet meedoen van tante, maar ze geniet toch, doordat ze voor de kinderen van den chef een sportkar en een fiets versiert. Jet heeft veel aanleg voor teekenen, maar ze mag zich niet oefenen, zelfs niet als de meester van het dorp zich er voor spannen wil. Al haar leed draagt Jet echter gelaten, steeds heur nood klagend aan God. In de vacantie mag ze met het gezin van den chef een dag mee naar Artis. 's Avonds, op de terugreis, regent ze doornat. Ze wordt zwaar ziek en in haar ijlen spreekt ze al haar opgekropt leed uit. Dat treft tante, die zich nu betert na schuldbelijdenis. Een andere tante, die teekenen kan, wordt nu genoodigd. Jet krijgt les en is heel gelukkig. Als ze haar blijdschap den onderwijzer vertellen gaat, zegt deze: "Ik feliciteer je kind. Ik ben er heel blij om. Nu zie je alweer, wie op den hoogen God vertrouwt, heeft zeker op geen zand gebouwd". In deze laatste woorden ligt de strekking van het verhaal. En die strekking valt te loven, vooral ook, omdat ze niet bereikt wordt met overdreven en onnatuurlijke vroomheid. Dat Jet bij een boschje neerknielt om haar nood aan God te klagen, is b.v. een goed, kinderlijk geteekend moment. Ook is goed Jets eenvoudige belijdenis, dat ze niet bang is om te sterven. Overigens is het religieus element maar zwak. Er is levendigheid genoeg in het boekje, door allerlei verhoudingen, die kinderen interesseeren. 't Eenige bezwaar dat we hebben is, dat de casus-positie te afgesleten is: een oude knorrige tante - een kort-gehouden kind, dat echter alles verdraagt - een gezellig gezin als tegenstelling - ziekte - berouw, enz. 't zijn naar vast model geknipte legkaart-stukjes, die ge eenvoudig maar in elkaar passen moet, en ge hebt een verhaal. Te meer jammer is dit, omdat de Schrijfster wel tot iets in staat is en de kinder-psychologie verstaat. Bij wat origineeler samenstelling zou dit boekje voortreffelijk zijn geweest. Thans is het ongetwijfeld goed, en verdient het zeker aanbeveling, maar 't is teveel atelierwerk. De titel zegt eigenlijk al te veel. De oude meid lijkt ons een van de beste figuren. Ook in de nevenfiguren van dit boekje zit trouwens veel kracht, bewijs o.i. dat de Schrijfster wel componeeren kan. Aanbevolen.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1937

Heleen

Jet Reinhart, druk 4, 91 blz.
jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van ± 10-12 jaar; algemeene strekking.
Korte inhoud: Jet Reinhart is een wees, die na den dood harer ouders door een tante wordt verzorgd. Deze tante behandelt haar allesbehalve liefderijk; het kind heeft bij haar een slecht leven. Van de dienstbode, Geeske genaamd, ondervindt Jet meer aanhankelijkheid. Als jet later op school gaat, komt zij daar in aanraking met de kinderen van den stationschef van Leeuwen. Bep en Hans worden vriendinnen. In het gezin van Van Leeuwen is het gezellig en Jet wordt daar steeds prettig en vriendelijk ontvangen. De menschen, wetende dat Jet van tante Ko weinig liefde ontvangt, trachten haar dat gemis te vergoeden. Eens mocht jet met de familie Van Leeuwen mee naar Artis; doch dat reisje had een ongelukkig slot. Door een onweersbui verloopen zij den trein en komen zij heel wat later thuis. Jet wordt daarna ziek, krijgt longontsteking. De dokter vreest voor haar leven. In haar ijlen heeft ze het steeds over tante Ko en nu blijkt aan deze, hoezeer het kind op haar liefde gesteld was, die zij echter nooit kreeg. Tante Ko ziet haar droevige houding in en neemt zich plechtig voor, anders te gaan handelen. Jet herstelt. Haar tante Alida komt bij tante Ko inwonen; Geeske, die in een toornige bui van tante Ko haar congé had gekregen, mag blijven en nu hebben allen verder een gelukkig leven. Jet niet het minst, die teekenles gaat nemen, hetgeen tante Ko haar eerst had geweigerd. Algemeene op- of aanmerkingen: De strekking van dit boekje is wel aardig. Voor kinderen van 10 jaar is het onderhoudend geschreven; doch helaas domineert weer een ethische Schriftbeschouwing. Zie b.v, blz. 22, waar maar zoo terloops wordt neergeschreven, dat jet hunkert naar liefde en dat haar heele hartje uitgaat naar God. Van het werk van Gods Geest, waardoor het harde en stugge hart verbrijzeld en vernieuwd wordt, hadden we gaarne iets gelezen. Ook wordt het woord Heer in plaats van Heere gebruikt.
Conclusie: matig aanbevolen.
Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1939

Open Boekbeoordeling.
Heleen

Jet Reinhart, druk 5, 91 blz.
prijs f 0.95; gecartonneerd; geïllustreerd; jongens- en meisjesboek, leeftijd 8,-10jaar. Strekking: Jet Reinhard is een wees. Zij komt na de dood van haar ouders bij een Tante. Jet wordt ziek en roept in haar ijlen om Tante Ko. Nu komt Tante Alida na Jets herstel bij Tante Ko inwonen. Gebruik van Heer en Heere.
Conclusie: De strekking van dit boekje is wel aardig. Voor kinderen van 10-11 jaar aardig geschreven. Helaas domineert hierin een ethische schriftbeschouwing. Van het werk van Gods Heilige Geest wordt niet gesproken.
Eindoordeel: matig aanbevolen.
Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1947

Open Boekbeoordeling.